De oorzaak van de recessie van 2008 is het slechte monetaire beleid van centrale banken-met name de Federal Reserve en de Europese Centrale Bank.
Het ergste aan een recessie is de hoge werkloosheid. Die ontstaat doordat werkgevers liever bedrijven krimpen dan lonen verlagen. Op het moment dat de lonen bij veel bedrijven te hoog liggen voor de vraag naar arbeid, stijgt daarom de werkloosheid.
De centrale bank speelt een belangrijke rol in het voorkomen van die hoge lonen. Inflatie en economische groei bepalen voor een belangrijk deel wat de juiste hoogte is. Op die cijfers heeft de centrale bank een grote invloed. Het hele instituut is uitgevonden om te zorgen voor economische stabiliteit, wat inhoudt dat groei en inflatie zich behoorlijk voorspelbaar gedragen. Die voorspelbaarheid is belangrijk omdat de lonen vaak jaren van te voren worden afgesproken.
Een van de fouten die centrale banken maken, is een gebrek aan nauwkeurigheid in hun doelstellingen. De ECB heeft een doelstelling van tegen twee procent inflatie per jaar over de middellange termijn. Als de middellange termijn 10 jaar is, maakt het wel uit hoe dicht de ECB tegen die twee procent zit. Twee procent per jaar over tien jaar betekent bijna 22% inflatie over de hele periode, terwijl 1,5% op 16% neerkomt. Dat is mogelijk bijna 6% punt verschil in hoe hoog lonen kunnen zijn over tien jaar. Het zou makkelijker zijn voor de arbeidsmarkt als de ECB gewoon target vastlegt voor de HICP voor de komende tien jaar in plaats van zichzelf zoveel ruimte te gunnen.
Een andere fout zit erin dat inflatie voor de arbeidsmarkt niet de beste variabele is omdat het weinig te maken heeft met de vraag naar arbeid. Nominale economische groei-dat wil zeggen groeicijfers die niet gecompenseerd zijn voor inflatie-omvat zowel inflatie als vraag. Een dergelijk monetair regime zou losser worden als de vraag klein is en strakker als die groot is. Hogere inflatie kan de lonen dan betaalbaar houden.
In 2008 waren lieten de centrale banken de arbeidsmarkt in de steek om zich te bekommeren om de huizen- en oliemarkten. Centrale banken komt makkelijk weg zulke nalatigheid, omdat hun huidige beleid daarvoor de ruimte biedt en omdat de financiële sector toch wel de schuld krijgt. De financiële wereld reageert snel op slecht nieuws, zodat alle recessies beginnen met een financiële crisis. Recessies volgen niet op elke grote financiële crisis, wat laat zien dat crises niet de oorzaak kunnen zijn. De centrale bank kan er echter rustig op rekenen dat dat feit wordt genegeerd.